VTA APP
88De belangrijkste bedoeling achter de oprichting van de VTA was om de landelijke massa van het land, die 72% van de totale bevolking uitmaakte, te bereiken en hen vaardig te maken om zowel lokaal als internationaal werk te vinden. De Raad van Bestuur die verschillende ministeries vertegenwoordigt die zijn toegewezen aan specifieke onderwerpen, d.w.z. jeugdzaken, onderwijs, industriële ontwikkeling, financiën en arbeid, inclusief het bedrijfsleven.
Deze gediversifieerde vertegenwoordiging op directieniveau leidt tot een vruchtbare dialoog die hen in hun eigen vakgebied een schat aan kennis en ervaring inbrengt. De voorzitter van de raad is ook de Chief Executive Officer van VTA op grond van de wet, terwijl hij fungeert als lid van de Commissie voor Territory and Vocational and Education Commission (TVEC) en de University of Vocational Technology (UNIVOTEC), de belangrijkste entiteiten opgericht onder onder de bevoegdheid van het ministerie van Buitenlandse Betrekkingen en Ontwikkeling van Vaardigheden, Werkgelegenheid en Arbeidsrelaties, functioneert de VTA vanaf vandaag als het grootste netwerk voor beroepsopleiding met 186 Centra voor beroepsopleiding (VTC), 22 District Vocational Training Centres (DVTC) en 8 nationale Beroepsopleidingsinstituten (NVTI), die voorheen slechts 31 beroepsopleidingscentra hadden in 1995. Jaarlijks worden ongeveer 35.000 jongeren opgeleid in 95 verschillende voltijdse opleidingen in 19 verschillende handelssectoren. Bij het afronden van de opleiding worden jongeren gericht op werkgelegenheid in binnen- en buitenland. Verder komen studenten ook in aanmerking voor het aanvragen van een financiële steunregeling genaamd "SEPI" om leningen te verstrekken aan degenen die van plan zijn om als zelfstandige te beginnen.